Dorothe van Agthoven (1950) maakte deel uit van een groep jonge keramiek-kunstenaars zoals Jeroen Bechtold (1953), Pauline Wiertz (1955) en Cees Christiaans (1956).
In de jaren vijftig en zestig van de twintigste eeuw was Flora een toonaangevende en vernieuwende producent van sier- en gebruiksaardewerk. De min of meer abstracte decors op schalen, vazen, borden, en dergelijke vielen in de smaak. Flora-keramiek werd een belangrijke beeldbepaler in veel interieurs van die jaren. Qua prijs en ontwerp waren Floraproducten gepositioneerd tussen HEMA-producten en design.
Door de veranderende smaak van de consument en de groeiende internationale concurrentie raakten Nederlandse aardewerkfabrieken zoals Flora in problemen met afzet en winstgevendheid. Flora trachtte de steeds diverser wordende vraag van de consument te volgen door het op de markt brengen van nieuwe vormen en decors. Voor nieuwe ontwerpen werden kunstenaars van naam en faam aangetrokken. Met de bovengenoemde jonge kunstenaars haalde Flora weer creativiteit in huis. Het bedrijf wist ook de gerenommeerde glaskunstenaar Floris Meydam (1919) uit Leerdam te contracteren.
